Begrijpelijk schrijven
Duidelijk en eenvoudig schrijven kan een van de moeilijkste schrijftaken zijn. Het is essentieel voor de begrijpelijkheid van inhoud op het web. Onduidelijke of verwarrende teksten zijn een barrière voor alle lezers, maar kunnen vooral moeilijk zijn voor mensen met leesstoornissen of cognitieve handicaps.
"Mijn doel is om op de beste en eenvoudigste manier op papier te zetten wat ik zie en wat ik voel."
- Ernest Hemingway
Het is verrassend, maar er zijn geen succescriteria in de Richtlijnen voor Toegankelijkheid van Webcontent (WCAG) die met het leesniveau en de leesbaarheid van geschreven teksten te maken hebben. Wat hier volgt zijn aanbevelingen en best practices.
💡 Opmerking: deze pagina bestaat uit een vertaling van WebAim's Writing Clearly and Simply artikel. De vertaling heb ik ingekort en aangepast om meer van toepassing te zijn voor Nederland en België.
Taal- en cultuurverschillen zijn belangrijk.
Om het nog ingewikkelder te maken, verschillen de “regels” tussen talen, en zelfs tussen culturen die een taal delen (hoi Nederlands en Vlaams!). Veel culturen hechten waarde aan verbale efficiëntie en directheid; anderen kunnen deze stijl te bot of zelfs beledigend vinden.
Waarom zou je letten op leesniveau en leesbaarheid?
Niet iedereen leest of begrijpt tekstinhoud op hetzelfde niveau, zelfs niet wanneer deze duidelijk en eenvoudig wordt gepresenteerd. Leesstoornissen, geheugenstoornissen, aandachtstekortstoornissen en andere aandoeningen die de cognitieve processen van de hersenen beïnvloeden, kunnen iemands vermogen om tekst te begrijpen in gevaar brengen. De onderstaande richtlijnen zullen de leesbaarheid voor velen verbeteren, maar niet voor iedereen.
Algemene richtlijnen
1. Organiseer je ideeën in een logisch schema - voor en tijdens het schrijfproces.
Om een onderwerp duidelijk over te brengen, moet je er goed over nadenken. Het ordenen van informatie en paragrafen is continu, het begint voordat er woorden worden geschreven en gaat gedurende het hele proces door. Er is niets mis mee om te reorganiseren terwijl je schrijft. Als je denkt dat je klaar bent, neem dan de gelegenheid te baat om het nog een keer te analyseren om te zien of de volgorde nog steeds zinvol is voor jou. Als dat zo is, geweldig! Zo niet, probeer het dan opnieuw.
Definieer koppen om de inhoud visueel en structureel te organiseren. Deze bieden gebruikers een gemakkelijke manier om de inhoudsstructuur te bekijken en, indien gewenst, direct naar de gewenste inhoud te springen.
2. Introduceer, leg uit, vat samen.
Een goed stuk tekst bestaat uit drie delen: een inleiding, het verhaal zelf en de conclusie. Je kent dit vast nog wel van school:
- Inleiding: je vertelt wat het onderwerp is. Wellicht geef je zelfs een stelling mee.
- Verhaal: hier werk je jouw onderwerp en eventuele stelling uit. Je wilt je lezer hier overtuigen.
- Conclusie: vat kort samen in een of twee zinnen wat je in je verhaal hebt vertelt, en geef een conclusie.
3. Blijf bij je punt.
Hoe meer je bij je hoofdpunt blijft, hoe groter de kans dat mensen het onthouden.
4. Maak het interessant.
Trek de aandacht van je lezers door relevante details op te nemen die hen motiveren om verder te lezen.
5. Schrijf voor je publiek.
Schrijven voor brugklassers is anders dan schrijven voor postdoctorale academici. Houd bovendien rekening met de vakgebieden van de lezer, ook al hebben ze hetzelfde opleidingsniveau of dezelfde intelligentie. De hoeveelheid uitleg die je moet geven hangt af van hoe bekend je lezer is met het onderwerp. Culturele en genderverschillen moeten ook een rol spelen bij het schrijven voor een doelpubliek.
6. Ga ervan uit dat de lezer intelligent is, maar niet dat die het onderwerp net zo goed kent als jij.
Een zekere mate van beheersing van een onderwerp is nodig om het eenvoudig te kunnen uitleggen. Concepten uitleggen is niet beledigend; het is nuttig, als de uitleg de lezer respecteert. Sommige mensen met cognitieve beperkingen hebben misschien meer uitleg nodig dan anderen, maar als je voor een algemeen publiek schrijft, ga dan uit van een algemeen intelligentieniveau.
7. Schrijf samenhangende paragrafen die zijn opgebouwd rond een enkel belangrijk idee.
Alle ideeën in een alinea moeten verband houden met het hoofdpunt. Indien mogelijk, zet de hoofdgedachte in de eerste zin.
8. Vermijd straattaal en jargon.
Slang (straattaal) en jargon kunnen nuttig zijn voor mensen die het begrijpen, maar verwarrend voor anderen.
9. Gebruik vertrouwde woorden en combinaties van woorden.
Schrijvers moeten ernaar streven om met hun lezers te communiceren, niet om indruk te maken op lezers door ongewone of opzichtige woorden te gebruiken.
10. Gebruik de actieve stem…
De passieve stem verzwakt de actie van een zin door de actie te scheiden van de personen die de actie uitvoeren. De actieve stem verbindt de onderwerpen direct met de actie.
Passief:
- Het eten werd op het feest door de gasten opgegeten.
- Het resultaat van de aanleg van een snelweg door het boerenland was een toename van het winstbejag van sommige landeigenaren en het uiteindelijke verlies van land naast de snelweg aan commerciële en residentiële bouwprojecten van projectontwikkelaars.
Actief:
- De gasten aten het eten op het feest.
- De aanleg van een snelweg door landbouwgrond bracht sommige landeigenaren ertoe winst te zoeken door land te verkopen aan projectontwikkelaars, die naast de snelweg commerciële en residentiële projecten bouwden.
10a. …maar niet noodzakelijkerwijs altijd.
Soms zit de belangrijkste informatie in het object, niet in het onderwerp. Dit kan vooral het geval zijn bij nieuwsberichten. In deze gevallen, waar de actieve stem de neiging kan hebben om de hoofdzaak te begraven, kunt u de voorkeur geven aan de passieve stem, omdat deze de belangrijkste informatie op de voorgrond plaatst.
- Gouverneur Rhodes riep de Nationale Garde op.
- Mark Chapman, een Beatles-fan, schoot John Lennon neer.
- Archeologen in Mexico ontdekten een oud Mayapaleis.
- Een plotselinge, hevige onweersbui in Dallas liet Delta Flight 191 neerstorten.
Passief:
- De Nationale Garde is opgeroepen door gouverneur Rhodes.
- John Lennon is neergeschoten door Mark Chapman, een Beatles fan.
- Een oud Maya paleis is ontdekt door een team van archeologen in Mexico.
- Delta vlucht 191 werd neergehaald door een plotselinge, hevige onweersbui in Dallas.
Gebruik je beoordelingsvermogen. Als de passieve stem de hoofdzaak beter benadrukt, zoals in de voorbeelden hierboven, gebruik die dan gerust wanneer dat nodig is.
11. Gebruik krachtige werkwoorden.
Schrijvers gebruiken vaak vormen van het werkwoord “zijn” (zoals “is”, “zijn”, “was”, of “waren”) waar actieve werkwoorden sterker zouden zijn. Overmatig gebruik van “zijn” heeft de neiging om de passieve stem te activeren door twee entiteiten te verbinden die in wezen gelijk zijn. De zin “A is B” betekent in wezen “A is gelijk aan B.” De relatie tussen A en B is statisch. Andere werkwoorden daarentegen - zoals “verbeteren”, “verduidelijken”, “wijzigen” of “vernietigen” - impliceren een dynamischere relatie tussen A en B.
12. Gebruik positieve termen.
Benadruk hoe de dingen zijn, waren, zullen zijn, of zouden zijn. Vermijd zoveel mogelijk het gebruik van woorden die een zin structureren vanuit het perspectief van hoe de dingen niet zijn, niet waren, niet zullen zijn, of niet zouden zijn.
13. Geef directe instructies.
Directe instructies kunnen het begrip vergroten en meer verantwoordelijkheidsgevoel bij de lezer leggen.
Indirecte instructies:
-Leerlingen moeten hoofdstuk vijf lezen.
- Het is het beste om een gezond ontbijt te eten voordat je ‘s ochtends het huis verlaat.
- Het kan gevaarlijk zijn om te proberen op een koord te lopen dat over een kuil met hongerige krokodillen is gespannen, dus deze praktijk wordt sterk afgeraden.
Directe instructies:
- Lees hoofdstuk vijf.
- Eet een gezond ontbijt voordat je ‘s ochtends het huis verlaat.
- Koorddansen over een kuil met hongerige krokodillen wordt ten zeerste afgeraden.
14. Leg acroniemen en afkortingen uit; vermijd ze indien mogelijk.
Onbekende acroniemen en afkortingen betekenen niets voor de lezers. Door ze uit te leggen, leren lezers wat ze betekenen. Dit geldt vooral wanneer een acroniem of afkorting voor de eerste keer, of een paar keer, wordt gebruikt.
15. Controleer de spelling.
Gebruik een geautomatiseerde spellingcontrole, maar lees het document ook na op correct gespelde woorden die verkeerd worden gebruikt.
16. Schrijf korte zinnen.
Lezers hebben de neiging om de hoofdzaak van lange, opeenvolgende zinnen te verliezen. Help lezers geconcentreerd te blijven door kortere zinnen te maken.
17. Zorg ervoor dat elk woord en elke paragraaf noodzakelijk is.
Laat overbodige woorden weg.
Aanvullende overwegingen voor gebruikers met leesstoornissen en cognitieve handicaps
De bovenstaande richtlijnen zullen gebruikers met leesstoornissen of cognitieve beperkingen helpen tekst te begrijpen. Toch zullen deze richtlijnen voor sommige gebruikers onvoldoende zijn, vooral voor degenen die slecht lezen of helemaal niet kunnen lezen. Tekstinhoud zal voor deze gebruikers altijd problemen opleveren. Hier volgen enkele aanbevelingen voor mensen met cognitieve beperkingen:
- Zorg voor illustraties als alternatief voor of verbetering van de tekst. Doe al het mogelijke om de tekst te verduidelijken en te vereenvoudigen, en voeg dan illustraties toe.
- Beperk tekst tot een minimum. Pagina’s met een grote hoeveelheid tekst kunnen gebruikers met leesproblemen intimideren. Voor dit publiek geldt: hoe minder u zegt, hoe beter.
- Gebruik korte alinea’s of lijsten. Korte alinea’s of lijsten zijn toegankelijker dan grote hoeveelheden tekst.
- Wees zo letterlijk mogelijk. Sommige mensen met cognitieve beperkingen kunnen moeilijk onderscheid maken tussen de letterlijke betekenis van ideeën en de impliciete betekenis. Sarcasme en parodie kunnen mensen in verwarring brengen, vooral op het web.
Hoe kunnen schrijvers weten of ze Duidelijkheid en Eenvoud hebben bereikt?
Er is geen definitieve, objectieve test voor “duidelijk en eenvoudig” schrijven. Hoe goed schrijvers ook denken dat ze een concept hebben uitgelegd, sommige lezers kunnen het toch verkeerd begrijpen.
Leesbaarheidstests
In Nederland hebben 2,5 miljoen mensen moeite met lezen en schrijven (volgens Stichting Lezen en Schrijven). In België gaat het om 800 000 mensen in Vlaanderen alleen al (volgens Wablieft, PDF).
Stichting Accessibility stelt dat 40% van de Nederlanders leesniveau B1 heeft, terwijl teksten en informatie van de overheid vaak op leesniveau C1 wordt geschreven. De stichting raadt daarom ook aan om in je teksten op leesniveau B1 te mikken.
Stichting Accessiblity heeft ook een tool om de leesbaarheid te meten.
Jammer genoeg kunnen deze schrijvers misleiden door te denken dat duidelijk en eenvoudig schrijven een formule is. De algoritmen zelf zijn ook enigszins twijfelachtig, omdat zij oppervlakkige criteria gebruiken zoals het aantal lettergrepen, het aantal woorden, de lengte van de zinnen, enzovoort, die allemaal indirecte maatstaven zijn.
Hoewel leesbaarheidstests slechts een oppervlakkige maatstaf zijn voor de werkelijke leesbaarheid, kunnen ze in ieder geval enige basisfeedback geven en een maatstaf voor vergelijking bieden.
Conclusie
Het is niet gemakkelijk om duidelijk en eenvoudig te schrijven, maar het is belangrijk om het te proberen. Gebruikers, vooral die met cognitieve beperkingen, zullen jouw teksten waarschijnlijk beter begrijpen als je de tijd neemt om jouw gedachten te ordenen en ze in een zo duidelijk en eenvoudig mogelijke vorm te schrijven, rekening houdend met jouw publiek.
Meer hulp nodig? In Nederland kan je terecht bij Stichting Lezen en Schrijven en Uitgeverij Eenvoudig Communiceren. In België is er Wablieft - Centrum voor duidelijke taal. Ze helpen je graag!
👉️ Opmerkingen? Vragen? Iets onduidelijk of onvolledig? Of vond je het helemaal geweldig? Stuur me een mailtje met je feedback!
Credits
- Deze pagina is deels gebaseerd op een vertaling van WebAim’s pagina over helder en duidelijk schrijven.
Bronnen
- Stichting Accessibility - Zijn jouw teksten voor iedereen begrijpelijk? Schrijf op het juiste leesniveau
- Anysurfer - Klare taal
- Stichting Accessibility Test het leesniveau
- WebAim - Writing Clearly and Simply
- Wablieft - Centrum voor duidelijke taal
- Stichting Lezen en Schrijven
- Uitgeverij Eenvoudig Communiceren